Verschillende soorten kritiek op de evaluatie van de Wet zorg en dwang (Wzd)
- Wzd |
- onvrijwillige zorg |
- IGJ
Eind oktober 2022 verscheen het tweede deelrapport Wet zorg en dwang (Wzd) en de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Daarin werd stevige kritiek gegeven op deze wetten die 1 januari 2020 werden ingevoerd als vervanging van de BOPZ. In een reactie op het rapport pleiten cliëntenorganisaties vooral voor waarborgen van grondrechten, vrijheid, het terugdringen van dwang en meer zeggenschap van cliënten. Zorgaanbieders willen juist minder regels en zelfregulatie, zij vinden de uitvoerbaarheid van de Wzd het grootste probleem. Een en ander zou besproken in het commissiedebat Gehandicaptenbeleid begin februari. Dit debat is tot nader orde uitgesteld.
Cliëntenclubs onaangenaam verrast
Alzheimer Nederland, KansPlus, het LSR, LFB, Per Saldo en Ieder(in) zeggen onaangenaam verrast te zijn door de aanbevelingen van het rapport van ZonMw (zie voor hun brief https://www.klokkenluidersvg.nl/?view=article&id=100&catid=20 )
Als eerste hebben de cliëntenclubs kritiek op de conclusie dat de kritiek en aanbevelingen zouden zijn aangedragen door verschillende respondenten. Zij vinden dat in de evaluatie de inbreng van de mensen (en hun naasten) die met onvrijwillige zorg te maken hebben ontbreekt. Juist vanuit het het VN-verdrag Handicap van belang om hen te betrekken bij ontwikkelingen en de implementatie van beleid en wetgeving, aldus de brief aan minister Helder van VWS.
De cliëntenorganisaties missen ook aandacht voor positieve ervaringen met de Wzd. Die ervaringen bieden perspectief van de cliënt en vertegenwoordigers op de opbrengsten van de wetten in de praktijk. De evaluatie is wat hen betreft dan ook eenzijdig en onvolledig.
Cliëntenorganisaties willen daarom meer tijd voor goede invoering. Zij vinden dat dit, na drie jaar, nog niet door alle zorgaanbieders goed is gedaan. Ook is de uitvoering van de Wzd voor mensen die gebruik maken van een pgb op sommige punten niet goed geregeld. Daarnaast hebben veel zorgprofessionals nog steeds te weinig kennis over de Wzd. Datzelfde geldt ook voor de mensen (en hun naasten) die te maken hebben met onvrijwillige zorg. Uit een enquête van Ieder(in) blijkt dat 22% van de ondervraagden niet weet wat de Wzd is en 25% niet dat er een cliëntenvertrouwenspersoon is voor hulp en advies (CVP). De cliëntenorganisaties vragen de minister dan ook om de huidige wet te handhaven, de invoering ervan te stimuleren en de te zorgen dat de rechtspositie van mensen die te maken hebben met onvrijwillige goed geregeld wordt. Zij willen ook dat er meer wordt ingezet op preventie, het voorkomen van dwang. Dit laatste ook in relatie met het VN-verdrag voor mensen met een beperking. Daarin zijn gelijkheid, veiligheid en toegang tot de rechter vastgelegd. Voor dwangmiddelen via de Wzd is nu ook geen toestemming van de rechter (meer) nodig.
Zorgaanbieders vinden de Wzd mislukt en onwerkbaar
Zorginstellingen willen juist dat de uitvoering van de Wet zorg en dwang snel wordt aangepast. ‘Je kunt niet van de praktijk verwachten dat zij de inwerkingtreding van de Wijzigingswet afwacht’, als dus de Vereniging Gehandicaptenzorg (VGN). Zij sluiten daarmee verder op de conclusie in het rapport dat de wet niet toegankelijk en werkbaar is, en in belangrijke mate mislukt; ‘van heldere regelgeving die voldoende rekening houdt met de kenmerken van de domeinen waarin ze moet worden toegepast, is geen sprake’ (ZonMw, 24-10-2022).
De VGN wil terug naar de 'kern en de geest’ van de Wzd en af van gedetailleerde regels en papieren procedures. Zij wijzen op het proces rond beide wetten, dat in 2009 begon en zorgde voor steeds meer formele regels. De harmonisatie met de Wvggz, die de BOPZ in de psychiatrie vervangt, heeft dit nog erger gemaakt. Daarom wil de VGN de Wijzigingswet niet afwachten. De wijzigingen die ze nu al willen invoeren als eerste het toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Die zouden ook (alleen) toezicht moeten houden ‘naar de geest van de wet’. Andere punten zijn de manier waarop opname van onvrijwillige zorg in het zorgplan geregeld wordt en invoering van de aanbeveling uit het evaluatierapport over ‘gelijkgestelde aandoeningen’, aandoeningen die tot dezelfde gedragsproblemen of regieverlies kunnen leiden zoals een verstandelijke beperking. Deze aanbeveling betekent dat cliënten met bijvoorbeeld een psychische stoornis, die qua zorgbehoefte thuishoren in een VG-instelling, ook onder de Wzd vallen.
Daarnaast wil de VGN oplossing van de ‘verkeersproblemen’ tussen de Wvggz en de Wzd. Dit betekent dat de Wzd altijd en automatisch van toepassing is als een cliënt in een Wzd-instelling verblijft en automatisch de Wvggz als de cliënt in een ggz-instelling verblijft. Ook de registratie en rapportage van onvrijwillige zorg aan IGJ, nu via halfjaarlijkse digitale overzichten, is een probleem evenals de rechtspositie van forensische patiënten die worden geplaatst in een Wzd-accommodatie. De VGN vindt vooral dat de wet nu niet helder en begrijpelijk is.
Bronnen:
IederIn, 26 januari 2023 (https://iederin.nl/clientenorganisaties-uitkomsten-wetsevaluatie-wzd-wvggz/)
VGN, 02 februari 2023 ( https://www.vgn.nl/nieuws/kritische-evaluatie-wet-zorg-en-dwang)