Skip to main content
  • juli 2022
    Casussen

Bezuinigen, van kwaad naar erger

Twintig jaar al logeert een nu ruim dertigjarige vrouw eenmaal per twee weken een weekeinde in een logeerhuis van een van de grootste zorgaanbieders in Nederland. Moeder is tevreden. De zorg is goed, de groep is stabiel en veilig en er zijn altijd wel leuke activiteiten en uitstapjes voor de logeergasten. Het ging al zo lang zo goed dat dochter ook eenmaal per maand midweeks enkele nachten bleef slapen en overdag dagbesteding kreeg. Tot de zorgaanbieder enkele malen, kort voor dochter zou komen, afzegde omdat er te weinig cliënten waren. Zo kort van te voren afzeggen geeft veel problemen. Toen het snel erna weer gebeurde, daags tevoren afzeggen, besloot moeder de doordeweekse opvang op te zeggen. Het logeren, eenmaal per twee weken een weekeinde, bleef doorgaan.  Ook daar werd echter snel voelbaar dat er wat veranderde in de zorg. De instelling kondigde bezuinigingen aan.  Met verwanten werd overlegd: de kinderen moeten vrijdag een uur later worden gebracht en op zondag een uur eerder opgehaald. Het tarief werd tegelijk met 15% verhoogd tot 400 euro voor een logeerweekeinde. Vervelend zijn ook de verhuizingen. De logeergroep zat jarenlang in een mooi gebouw, maar mocht daar niet langer blijven. Verhuizen ontregelt het leven van dit soort mensen bovenmatig. In de nieuwe behuizing bleek bovendien geen lift te zijn terwijl een van de logeerklanten rolstoelafhankelijk was.  Na veel heen en weer gepraat kwam er een stoellift. Maar vervolgens moest er opnieuw verhuisd worden. De intussen geïnstalleerde stoellift was toen niet meer nodig en was dus weggegooid geld.

Als laatste klap werd aangekondigd dat de nachtbegeleiding zou verdwijnen. Moeder heeft geen vertrouwen in een nachtwaker die op kilometers afstand luistert of het goed gaat met meervoudig gehandicapte bewoners. Er viel niet over te praten. De logeeropvang is nu ook opgezegd.